Van angst naar succes – Faalangst bij leerlingen

Leestijd: 8 minuten

“Ik kan alles. Tot het moment dat ik moet tonen dat ik het kan.”

De zin blijft hangen. In bijna elke klas zit minstens één leerling die op het moment van de toets blokkeert, ondanks de goede voorbereiding. Of een leerling die uren werkt voor een opdracht, maar de eindafwerking uitstelt uit pure angst om te falen. Faalangst is vaak onzichtbaar, maar de impact ervan loopt diep.

Lisa Saenen onderzoekt in haar masterproef hoe leerlingen van een GO!-school hun faalangst ervaren. Ze praat uitgebreid met jongeren die het dagelijks gevecht voeren met twijfels, spanning en prestatiedruk. Uit deze gesprekken groeit een helder beeld: leerlingen verlangen niet naar “minder toetsen”, maar naar veiligheid, duidelijkheid en een leerkracht die hen ziet.

10111678

Waarom faalangst zo’n grote rol speelt

Uit Saenen’s onderzoek blijkt dat faalangst ontstaat uit een combinatie van persoonlijke, schoolse en sociale factoren. Leerlingen benoemen drie grote bronnen van spanning:

 

1. De innerlijke druk

Veel leerlingen beschrijven een continue stroom aan negatieve gedachten:

  • “Ik ga dit toch niet kunnen.”
  • “Als ik één fout maak, mislukt alles.”
  • “Iedereen is beter dan ik.”

Deze gedachten versterken elkaar en zorgen voor fysieke reacties zoals trillen, hartkloppingen en blokkeren.

 

2. Schoolse verwachtingen

Toetsen, deadlines en puntenlijsten wegen zwaar door.
Leerlingen vertellen dat ze bang zijn om leerkrachten teleur te stellen en dat ze evaluatiemomenten ervaren als “alles-of-niets.”

 

3. Sociale vergelijking

Veel leerlingen kijken voortdurend naar anderen:
wie sneller werkt, beter begrijpt, hogere punten haalt.

“Als ik zie dat anderen al klaar zijn, panikeer ik,” zegt een leerling.

Hoe kun je als schoolteam faalangstige leerlingen versterken?

1. Bouw aan een veilig klasklimaat
Leerlingen zeiden herhaaldelijk dat veiligheid het verschil maakt: duidelijkheid, rust, voorspelbaarheid, en een leerkracht die fouten als leerstappen ziet.

 

2. Blijf benoemen wat goed gaat
Positieve, specifieke feedback verlaagt de druk. Het helpt wanneer leerkrachten benoemen hoe een leerling leert, niet alleen wat hij kan.

 

3. Werk aan metacognitieve vaardigheden
Leerlingen gaven aan nood te hebben aan tools zoals:

  • leren plannen
  • omgaan met negatieve gedachten
  • ademoefeningen

 

4. Gebruik routines als houvast
Uit het onderzoek blijkt dat vaste structuren  zoals een duidelijke lesopbouw, herkenbare formats en voorspelbare verwachtingen angst verlagen.

Wat leerlingen zelf zeggen

In de interviews vertelden leerlingen hoe faalangst hen beïnvloedt:

  • Mijn hart gaat zo snel dat ik de vraag niet meer lees.”
  • “Als ik denk dat ik ga falen, stel ik alles uit.”

 

Maar ze vertelden ook wat hen helpt:

  • steun van een leerkracht die rustig blijft
  • iemand die zegt dat falen oké is
  • ademhalingstechnieken
  • kleine overwinningen vieren

Wat scholen kunnen doen

  • Saenen’s masterproef toont dat scholen met enkele haalbare aanpassingen al een groot verschil kunnen maken:
  • duidelijke leerlijnen en verwachtingen
  • structurele momenten voor check-ins
  • eenduidige taal over fouten en groei
  • emotionele steun en aandacht voor welbevinden
  • veilige toetspraktijken (tijdspad vrijgeven, voorbeelden tonen, tijdsdruk verlagen)
  • Deze maatregelen vragen geen revolutie, maar wel een bewuste cultuurkeuze: weg van angst, richting vertrouwen.

Meer weten? Ontdek de masterproef

De masterproef van Lisa Saenen bevat rijke getuigenissen, duidelijke aanbevelingen en een helder overzicht van faalangstmechanismen.

Download de masterproef – Van angst naar succes.